In het Lente-akkoord is afgesproken dat de ingangsdatum van de scheiding van wonen en zorg voor de zorgzwaartepakketten (ZZP) 1 tot en met 3 wordt vervroegd naar 1 januari 2013. Dit heeft, vooral waar het gaat om burgers met een hogere zorgvraag (ZZP 3), gevolgen voor het beleid van gemeenten. Het gaat daarbij om ouderen, maar ook mensen met een psychiatrische aandoening of verstandelijk handicap.

Ouderen blijven langer thuis wonen, wat in veel gevallen aanpassingen aan de woning vraagt. Verder zullen veel thuiswonende ouderen gebruik maken van begeleiding en huishoudelijke verzorging die zij voorheen in intramurale voorzieningen zouden ontvangen. En het is niet ondenkbaar dat het langer thuis blijven wonen zal leiden tot meer eenzaamheid en verveling bij ouderen. Gemeenten zullen samen met zorgaanbieders en partijen uit het maatschappelijk middenveld over oplossingen na moeten denken.

De scheiding van wonen en zorg zal straks ook gelden voor mensen met een psychiatrische aandoening of een verstandelijke handicap. Dit zijn kwetsbare mensen die nu vaak 24-uursbegeleiding in een beschermde woonvorm ontvangen. Deze mensen hebben vaak intensieve begeleiding nodig bij het zelfstandig wonen om hun weerbaarheid en zelfredzaamheid te versterken. Zeker de zorgvraag van mensen met een psychiatrische aandoening is minder voorspelbaar dan mensen die kwetsbaar zijn door ouderdom of een verstandelijke handicap. Bovendien vraagt het zorgvuldige communicatie richting Dordtse burgers en dient de betrokkenheid van burgers op elkaar nog meer dan voorheen gestimuleerd te worden, omdat er niet altijd sprake kan zijn van professionele inzet.

De fractie van het CDA Dordrecht is niet gerust over de gevolgen van deze maatregel en heeft vragen opgesteld aan het college. De zorgen van mijn fractie spitsen zich toe op de volgende drie zaken:

  • De gevolgen van deze maatregel voor zorgvragers die extra kwetsbaar zijn (ZZP 3), hetzij door ouderdom, hetzij door een psychiatrische aandoening. Ontvangen zij in de nieuwe situatie nog de juiste zorg en begeleiding?
  • De communicatie richting de Dordtse burgers: generiek waar het gaat om de gevolgen van deze maatregel voor met name oudere bewoners. Specifiek waar het gaat om de communicatie van de extramuralisatie van ZZP-3 GGZ richting wijkbewoners.
  • De snelheid, impact, omvang en financiële consequenties van deze maatregel op de gemeente Dordrecht.

De fractie van het CDA Dordrecht stelt daarom de volgende vragen aan het college:

  1. Heeft u in beeld hoeveel burgers met ZZP 3: VVT , GGZ en VG in Dordrecht deze scheiding van wonen en zorg aangaat?
  2. Wat is de visie van de gemeente Dordrecht op deze burgers en hun positie in de maatschappij?
  3. Wat is volgens u de impact van deze maatregel op de mensen om wie het gaat (ouderen, GGZ- en VG-cliënten ZZP 1 – 3)?
  4. Bent u in gesprek met zorgaanbieders en partners uit maatschappelijk middenveld over deze maatregel voor ouderen en mensen met een handicap en zo ja, kunt u aangeven met wie en wat er besproken wordt en als nu niet met hen in gesprek bent, waarom niet?
    • Heeft de gemeente met deze partijen ook gesproken over de neveneffecten van deze maatregelen zoals de toename van eenzaamheid en verveling bij ouderen en hoe daarmee om te gaan?
  5. Bent u specifiek met (zorg)partijen actief in de GGZ in gesprek over de gevolgen van deze maatregel voor mensen met een psychiatrische aandoening en zo ja, kunt u aangeven met wie en wat er besproken wordt en als nu niet met hen in gesprek bent, waarom niet?
  6. Kunt u een schatting maken van de kosten van deze maatregel voor de gemeente Dordrecht (uitgesplitst per thema) en in hoeverre de aanvullende middelen vanuit het rijk voldoende zijn?
  7. Hoe ziet u de rol van de Dordtse burgers en op welke wijze bent u bereid hen te betrekken bij de voorbereiding en de gevolgen van deze maatregel?

 

Namens de CDA-fractie,

P.J. Heijkoop