Vrijdag 15 en zaterdag 16 maart 2013 brachten de gemeenteraad en het college een bezoek aan partnerstad Recklinghausen. Juist in een tijd waarin de stedenbanden vanwege bezuinigingen ter discussie staan, was er een delegatie van maar liefst dertig deelnemers naar Duitsland afgereisd. De VVD-fractie was verhinderd en ook de fractie WEK was niet vertegenwoordigd.
Het programma had een Europees karakter. Zo waren er ook delegaties uit de andere partnersteden van Recklinghausen met vertegenwoordigers uit het voormalige Oost-Duitsland, Frankrijk, Polen, Roemenië en Engeland.

Na een ontvangst op het stadhuis gingen de collegeleden en de burgemeesters met elkaar in gesprek over passend onderwijs en gingen de raadsleden met elkaar zich verdiepen in de vernieuwing van het stadscentrum. Momenteel is Recklinghausen een grote bouwput. Er wordt een hypermodern winkelcentrum gebouwd van bijna 30.000 vierkante meter, 1100 parkeerplaatsen, 110 winkels en ontvangstruimten.
Op dit moment was 45% van de ruimte verhuurd. Mij deed het even denken aan de Drievriendenhof. Veel kwaliteitswinkels, maar het wil maar niet echt van de grond komen. Enige gereserveerdheid had ik wel bij dit enorme bouwproject in Recklinghausen.
Vervolgens werden we naar de Palmkermis gebracht, waar we een uurtje ons konden vermaken, maar waarbij we ons wel afvroegen hoe het komt dat in Recklinghausen een bloeiende kermis al jaren buiten de stad georganiseerd wordt met groot succes. Iets voor Dordt?

Aan het eind van de middag was de officiële ontvangst van alle gasten uit de diverse partnersteden. Elke toespraak werd vertaald, soms wel in twee talen. De toespraken werden afgesloten door een Duits lid van het Europese parlement. Zij deed een heel duidelijke oproep om met de Europese ontwikkeling door te gaan. Zij vond dat mensen die kritiek hebben op de Europese ontwikkelingen, moeten weten dat veel te danken is aan diezelfde ontwikkeling. Zij was van mening dat wat fout is gegaan, niet de schuld is van de Europese Unie, maar van de bankiers en van enkele individuele regeringen. Europa moet verder, was haar pleidooi.

Burgemeester Brok overhandigde tot veler verrassing een schilderij van Arie Scheffer, dat voorlopig tentoongesteld wordt in het museum van Recklinghausen. De tweede dag was bedoeld om het raadssysteem van Dordrecht en dat van Recklinghausen met elkaar te vergelijken. Vooral belangrijk om te zien wat we van elkaar kunnen leren en overnemen.
Enkele opvallende zaken:
– De Duitse burgemeester wordt gekozen door de inwoners.
– De Duitse burgemeester heeft een stem in de raad. Hij bedrijft ook meer politiek dan zijn Nederlandse collega’s.
– De Duitse burgemeester kan ook weggestemd worden.
– De raadsleden in Duitsland zien hun functie vooral als een erebaan. In tegenstelling tot in Nederland, zijn zij juist heel sterk verankerd in het verenigingsleven van de stad, waarbij juist bestuursfuncties bekleed worden. In Dordrecht willen we dat nou juist niet.
– De tijdsinvestering van de raadsleden in Nederland is groter dan die in Duitsland. Daar tegenover staat ook een hogere beloning.
Rond het middaguur vetrokken we weer naar Dordt met in het achterhoofd de vraag van de VVD in de Dordtenaar van 16 maart: Wat heeft het meer opgeleverd dan “leuk”? Natuurlijk zijn we geen handelsmissie zoals ze door de regering worden samengesteld. Maar kennismaken met elkaar, leren van elkaars aanpak van problemen, elkaars culturen en gewoonten, zijn zaken die mensen uiteindelijk bij elkaar en oplossingen dichterbij brengen.

Uiteindelijk zijn we als CDA van mening dat we met elkaar een gezamenlijke opdracht hebben iets van deze wereld te maken. Dat daarbij de accenten de komende jaren meer komen te liggen op de landen die nog echt in ontwikkeling zijn, is logisch. Maar wij kunnen veel leren van onze vrienden in Hastings en in Recklinghausen.

Frans Riet