U zult zich afvragen wat dat met elkaar te maken heeft. Afgelopen zaterdag bezocht ik de “Dutch Open” van de karatesport. Meer dan 500 spelers waren naar de Sportboulevard gekomen om te genieten van deze voor velen onbekende sport.
Ik had nog nooit karate gezien, dus leek het me wel eens leuk om met deze sport kennis te maken. Anderzijds wilde ik zien hoe Dordt dit grote evenement georganiseerd had.

Op zich is het al een hele prestatie om na het shorttrack nu weer zo’n mondiaal evenement in huis te halen. En opnieuw was ik onder de indruk van de mogelijkheden die de Sportboulevard biedt. Sporters worden in een prachtige omgeving ontvangen. Er is ruimte om te trainen, er is ruimte om rustig te eten en verenigingen die in de Sportboulevard gevestigd zijn, stellen hun kantine open voor VIPS, pers enz.

Wat dat betreft had ik een positief gevoel toen ik ’s avonds weer naar huis ging.
Maar die sport……… ik heb er werkelijk niets van begrepen. Het schijnt met balans te maken te hebben, zeker als je “schijngevechten” houdt. Tijdens deze gevechten werden er voortdurend strijdkreten uitgestoten. Waar de overheid zicht bemoeit met de programmering van de Nederlandse televisiezenders om niet al te vroeg met geweld aan te komen, liepen hier peuters van 2 jaar langs de mat, alsof er niets aan de hand was, terwijl de meest angstaanjagende geluiden waren te horen en er behoorlijk op elkaar werd ingetrapt. Alle gekheid op een stokje: ik ben geen kenner van karate, maar ik zie wel dat dit ook topsport is.

In verschillende gewichtsklassen werd er gestreden om de titel. O.a. plaatselijke vedetten van onze “eigen” sportschool Muilwijk. Helaas was er geen A4tje beschikbaar gesteld aan de nieuwsgierigen zonder karate-achtergrond, waar in het kort een en ander werd uitgelegd om toch de sport goed te kunnen volgen. En dat er velen waren die geen karatekenner waren, bleek wel dat op de momenten waar in opperste concentratie werd gespeeld, de ene na de andere telefoon af ging…….. Maar goed, ik ging toch met een voldaan gevoel naar huis.

Toen ik zo naar huis fietste, moest ik denken aan mijn kleindochter van 7 maanden. ’s Ochtends moesten mijn vrouw en ik op haar passen. Met de meest vreemde bewegingen en geluiden probeerde ze te gaan staan. Ook zij moest in balans blijven. Ach dacht ik bij me zelf, zal ik haar volgend jaar opgeven voor de gewichtsklasse onder de 6 kilo? Ze maakt vast en zeker kans op de titel “Dutch Open karate-kampioen voor peuters”.

Categorieën: Nieuws