De Rijksoverheid voert momenteel drie grote decentralisatietrajecten uit. De verantwoordelijkheid voor de inrichting van de arbeidsmarkt, de WMO/AWBZ en de Jeugdzorg komt bij de gemeente te liggen. Afgelopen dinsdag werd er in een adviescommissie gesproken over de Jeugdzorg

Waar gaat het over?

De Rijksoverheid decentraliseert de jeugdzorg. Dat betekent dat in 2015 niet meer ‘Den Haag’ verantwoordelijk is voor de jeugdzorg in Dordrecht, maar de gemeente zelf. Dit vanuit de gedachte dat een gemeente veel dichter bij de mensen staat dan de landelijke overheid en dus betere ‘(jeugd)zorg op maat’ kan leveren. Dit biedt kansen, want we lopen als samenleving tegen twee problemen aan. Enerzijds een maatschappelijk probleem, de zorgvraag onder kinderen is in de afgelopen tien jaar gigantisch gestegen, en anderzijds een systeemprobleem. Iedereen heeft in huidige model namelijk zijn of haar eigen hulpplan, mentor en instantie voor elk afzonderlijk probleem. Zo kan iemand dus in de kaartenbak van talloze organisaties belanden, zonder dat er iemand de centrale regie heeft. Dat kan ernstige gevolgen hebben, zeker als het gaat om instabiele gezinssituaties waar bijvoorbeeld verdovende middelen of geestelijke problemen een rol spelen.

Wat gaan we nu doen?

Afgelopen dinsdag is er gesproken over de ‘conceptvisie jeugdigen en gezinnen versterken’. Vanuit onze principes als gezinspartij vinden wij dat, als het kind extra zorg nodig heeft, ouders intensief moeten worden betrokken bij de zorg voor de kinderen (versterken van het ouderschap). Dit in tegenstelling tot andere partijen die vinden dat de overheid en instanties alles moeten oplossen. Het CDA is dan ook blij dat ons principe van ouderbetrokkenheid duidelijk terugkomt in de conceptvisie. Het is de bedoeling dat de ouder(s) sterker betrokken worden bij hulpverleningstrajecten en dat er zoveel mogelijk wordt gekeken naar de eigen mogelijkheden, eventueel met wat ondersteuning, van jongeren en gezinnen. Pas als het echt niet meer gaat worden er professionals en instanties ingeschakeld. Om dat laatste te voorkomen speelt wat het CDA betreft ook het sociale netwerk een grote rol. Elkaar helpen en zorgen voor je naasten vormt het sociale cement van de samenleving.

Ook als het gaat om de inzet van professionals is het CDA tevreden met de conceptvisie. Een veelgehoord geluid vanuit de wijken en de leden was namelijk dat er te versnipperd werd gewerkt (het ‘langs elkaar heen werken’). Daar wordt nu een einde aan gemaakt. Het systeem van allemaal individuele plannen, mentoren en instanties wordt omgevormd naar één gezin, één plan, één regisseur. Hiermee worden verschillende maatschappelijke problemen bij de wortel aangepakt en keert het gezin terug als de basis van waaruit er wordt gewerkt aan oplossingen: wat het CDA betreft de juiste koers.