Tijdens de Kadernota spreekt de gemeenteraad over de koers van de stad. Namens het CDA sprak fractievoorzitter Peter Heijkoop de volgende tekst uit:
Voorzitter,
Belangrijkste vraag voor vandaag is: voldoet de agenda voor de stad aan de verwachtingen van de raad en biedt het een goede basis voor een andere rol van de overheid? Een overheid die een bescheiden, meer faciliterende rol inneemt en initiatieven uit de Dordtse samenleving ruimte geeft.
Bij het CDA hebben wij het dan over: meer samenleving, minder overheid. Dat vereist visie en lef: visie op wat voor stad we willen zijn en lef omdat de lokale overheid, dus wij als raad, college en ambtenaren, het over onszelf moeten hebben.
Wat geven wij uit handen, onder welke voorwaarden en wat betekent dat voor de rol en omvang van de gemeente.
Of de stukken die wij vandaag en morgen bespreken aan onze verwachting voldoet, is niet eensluidend te beantwoorden met een ja of een nee.
Ja, in de zin dat we een grote stap hebben gezet bij het op orde brengen van de financiën. En nee, omdat financiële tegenvallers de beweging van de agenda voor de stad inhalen.
We moeten dus oppassen dat we niet alleen spreken over bezuinigingen, maar met name een fundamentele kerntaakdiscussie blijven voeren. En dat zien wij op het ene beleidsdomein meer gebeuren dan op het andere.
Wij geloven als CDA in de bindende krachten in onze samenleving. Betrokken buurtbewoners die een buurt levendig houden door een speeltuin te runnen, of de vele vrijwilligers die de activiteiten op de sportverenigingen in goede banen leiden. Maar het gaat ook om de belangrijke rol van het maatschappelijk middenveld; al die platformen en besturen die gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen.
Het CDA is de laatste jaren herkenbaar geweest op haar speerpunten: zorg, werkgelegenheid, vrijwilligers en verenigingen en een grotere rol voor het maatschappelijk middenveld en burgerinitiatieven. De afgelopen jaren heb ik daar al veel met u over van gedachten mogen wisselen en ook bij deze kadernota zal ik kort op deze thema’s inzoomen. Uitdieping, ook op andere thema’s, vindt plaats in de commissies.
Allereerst de zorg. De overgang van taken naar onze gemeente is een enorme operatie. Sommige zaken gaan goed, andere zaken moeten beter. Wij zijn ongerust over de jeugdzorg. Cijfers over budgetten en prestaties van zorgaanbieders ontbreken, waardoor onvoldoende zicht is op noodzakelijke maatregelen, en wij het gevoel hebben dat we in de mist roeien. Dat zien wij graag anders en daarom dienen wij – samen met andere partijen – een motie in.
Bij het vaststellen van de begroting afgelopen november heeft de raad een motie aangenomen om als gemeente meer werk te maken van ondersteuning van mantelzorgers in de vorm van het stimuleren van de komst van een respijthuis. En dat is urgenter dan ooit.
Belangenvereniging Mezzo luidde vorige week de noodklok dat mantelzorgers op veel regelwerk en lange doorlooptijden stuiten en van het kastje naar de muur worden gestuurd. Wij vernemen daarom graag wat de voortgang is van de uitvoering van deze motie.
De lokale arbeidsmarkt komt met horten en stoten op gang. Wij zijn tevreden met het regionale arbeidsmarktbeleid en de aandacht die daar is voor de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt. Wel zijn wij bezorgd over de positionering van de regio richting bedrijfsleven en daarmee de komst van nieuwe werkgelegenheid. Dit hebben wij in de regio belegd, maar de resultaten spreken vooralsnog niet tot de verbeelding en het is een topprioriteit voor onze stad. Graag horen wij van het college hoe zij dat beoordelen en op welke wijze een impuls gegeven kan worden.
Voorzitter, wij vragen steeds meer van de vrijwilligers en verenigingen in onze stad en daarom moeten wij hen koesteren. Onze fractie is niet blij met de wijze waarop zij zijn meegenomen in de discussie over de subsidies. Wij hadden liever gezien dat er meer dialoog vooraf was geweest, zoals bijvoorbeeld met de sportverenigingen is gebeurd in het kader van de sportnota. Veel verenigingen zijn teleurgesteld en dat staat een positieve doorontwikkeling van het subsidiekader in de weg.
De financiële opgave is wat ons betreft ook te fors en daarom is vanuit de coalitie een motie ingediend om de bezuiniging te verzachten.
Namens het CDA wil ik een lans breken voor de verenigingen en initiatieven die draaien op vrijwilligers en de subsidie als cofinanciering absoluut nodig hebben om te kunnen blijven draaien; dan denk ik bijvoorbeeld aan de speeltuinverenigingen, scouting en andere initiatieven die een grote bijdrage leveren aan de Dordtse samenleving, zoals bijvoorbeeld het dierenasiel Louterbloemen. Om de toekomst van het asiel te verzekeren dienen wij samen met anderen een motie in.
En natuurlijk de sport, voorzitter; daarover komen wij morgenavond uitgebreid te spreken. Moties zullen wij dan ook in dat debat indienen.
Het meer overlaten aan de samenleving door burgerinitiatieven actief te stimuleren willen wij nog meer in acties vertaald zien. De motie ‘Right to challenge’ is bij de begroting unaniem aangenomen en wij horen graag van het college hoe zij daarmee aan de slag is gegaan.
Verder dienen wij samen met anderen een motie in, waarin wij aangeven ‘Wijk voor wijk’ te willen behouden en CDA dient een motie in waarin wij het college vragen om het werken met een burgerbegroting te onderzoeken.
Tot slot nog de financiën. Het CDA staat voor een degelijke gemeentebegroting en op dat punt hebben wij nog steeds zorgen. De schuldpositie is in de afgelopen jaren opgelopen en wij zien in de begroting enkele risico’s in de regio en in het culturele domein. Wij zullen dat nauwgezet blijven volgen en wij gaan ervan uit dat het college adequaat stuurt op de budgetten zodat ook toekomstige generaties kunnen wonen in een financieel, solide stad waarin de woonlasten voor de inwoners laag blijft.
Bij dit alles gaat het om de mensen in onze stad, voorzitter. Wij streven naar een Dordtse samenleving waarin mensen zich kunnen ontplooien, betrokken zijn op hun stad én elkaar, en van daaruit ook hun bijdrage leveren.
Tot zover, voorzitter.