Deze week stemde het kabinet in met de zogenaamde ‘adempauze’ voor mensen met ernstige schulden. Bedoeling van deze termijn van 6 maanden is het weer onder controle krijgen van de situatie, o.a. met behulp van de schuldhulpverlening.
Het landelijke CDA pleitte er al in 2011 voor dat schuldeisers (o.a. incassobureaus) in een schuldhulptraject voor maximaal zes maanden in de wacht gezet moeten kunnen worden en diende destijds ook een wetswijziging in. Door verdeeldheid in de Tweede Kamer kreeg dit echter onvoldoende steun en ook in de huidige regeringscoalitie van PvdA en VVD ligt dit onderwerp gevoelig. Toch is er nu een doorbraak bewerkstelligd.
Uitgangspunt voor het CDA is dat schulden moeten worden afgelost. De verantwoordelijkheid om de situatie op te lossen ligt bij degene die de schulden maakt. Maar het kan voorkomen dat er een steuntje in de rug nodig is. Soms komen mensen er niet meer uit zonder hulp van buitenaf. De adempauze van 6 maanden haalt de druk van de ketel en geeft mensen de gelegenheid om hulp te zoeken. In deze periode mogen deurwaarders, incassobureaus en de overheid geen beslag leggen op goederen, het inkomen of de uitkering. Deze adempauze is in het bijzonder in het belang van de betrokken kinderen. Zij lijden onder de schulden en geldproblemen van hun ouders en krijgen middels deze pauze ook weer wat lucht. De termijn van 6 maanden geeft ook deze kinderen weer perspectief op een betere toekomst, in de wetenschap dat hun ouders de ruimte krijgen om te werken aan financiële stabiliteit.