Een persoonlijke blog van Christiaan Merkuur:

Een keer in de zoveel tijd komt er een berichtje voorbij over de plannen van D66 rondom het onderwijs. Ook vanochtend weer, op twitter, over het voornemen om een paar miljard extra te investeren. Grootse woorden over een ‘onderwijsimpuls’, ‘kwaliteitsinvestering’ en ‘kleinere klassen’. Is dit daadwerkelijk dezelfde partij die krap twee jaar geleden besloot om jongeren voor 20.000-30.0000 euro de schulden in te jagen met het leenstelsel? Ja, dit is dezelfde partij. De ironie ontgaat de meeste D66’ers echter volledig. De partijmantra’s over ‘investeren in onderwijs’ blijven lustig (gere)tweet worden, zeker in campagnetijd. Je zou er bijna cynisch van worden.

Bijna, want is het ook cynisch? Meestal niet. De meeste D66’ers lijken oprecht te geloven dat een schuld van 30.000 euro prima opweegt tegen de investeringen die hierdoor mogelijk worden. En daar hebben we dan ook direct de crux te pakken van wat eerder al eens werd omschreven als de ‘diplomademocratie’. Het huidige beleid wordt vormgegeven door mensen met een zeer beperkt besef van of begrip voor anderen buiten hun eigen perspectief en leefomgeving. De gemiddelde D66’er maakt onderdeel uit van de bovenklasse van deze samenleving. Universitair geschoold, minimaal modaal salaris, huis in een goede wijk. Logisch dat een studieschuld geen enkel probleem is. Wie 2 x modaal verdient legt geld opzij voor zijn kinderen en lost de schuld na het einde van de studie af. Klaar is kees. Not a thought about it. En ook niet meer dan logisch om het zo te bekijken, wanneer geld geen issue is.

Maar 2017 is geen 1900. Ook kinderen uit de onder- en middenklasse hebben de mogelijkheid om hoger onderwijs te volgen. De ‘verheffing van het volk’ vormt nota bene de grondslag van de Partij van de Arbeid, nu één van de pro-leenstelsel partijen. Kinderen uit de onder- en middenklasse  kijken met een heel ander perspectief naar schulden. Zij komen uit een wereld waarin de middelen niet ruim zijn. Waarin er goed moet worden nagedacht over de aankoop van kleding, voedsel, schoolspullen. Elk dubbeltje maar 1 keer kan worden omgedraaid. En wie in de schulden komt? Die komt er nauwelijks nog uit, zo weten zij uit ervaring. Het enige perspectief met schulden is het perspectief van de schuldsanering en de bijstand. Dat besef zit heel diep. 30.000 euro schuld voor een universitaire diploma is een kans, maar net zo goed een bedreiging.

De terechte aarzeling om schulden te maken werkt destructief door in de maatschappij. Wanneer kinderen uit de onder- en middenklasse niet meer of minder gaan studeren, heeft dat impact op de hele samenleving. Onze meritocratie verandert dan definitief in een diplomademocratie. Een scheiding tussen twee sociale lagen die elkaar niet meer ontmoeten (andere wijk), niet meer spreken (andere sport) en niet meer begrijpen (ander mens- en wereldbeeld). Juist om dit te voorkomen is het niet alleen van belang om te investeren in de kwaliteit van het onderwijs, maar in het bijzonder ook in de toegankelijkheid. Als CDA zullen we daarom dit jaar voorstellen indienen om hoger onderwijs bereikbaar te houden voor alle jongeren.

Tot slot: als we het dan hebben over meedoen in de samenleving, dan moeten we ook oog hebben voor mensen met een verstandelijke beperking. Mensen die de wereld wat langzamer begrijpen dan u of ik, maar ook een steentje willen bijdragen. Goed bedoelende mensen die dus ook willen stemmen op 15 maart aanstaande. Logischerwijs is het soms wat lastig om dat enorme stembiljet te begrijpen. Een persoonlijk begeleider of de voorzitter van het stembureau kan dan een uitkomst bieden: verplaats jezelf in het perspectief van deze mensen en sta een helpende hand toe. Toch is er ook hier weer 1 partij die alleen redeneert vanuit het eigen zelfredzame perspectief. Maar goed, laten we er dan gezamenlijk voor zorgen dat het de volgende stemronde wel fatsoenlijk is geregeld. Zoals men in Heemstede-Aerdenhout zou zeggen: ‘en nu vooruit’.